De tieners worden per twee gezet.

Ze denken na over een gemeenschappelijk woonproject waar ze zelf zouden willen wonen. Dit doen ze aan de hand van verschillende tussenstappen.

Instructies:
1. Kies minstens twee andere huishoudens die – naast jullie zelf (+ gezin) – ook in het gemeenschappelijk woonproject wonen. Noteer op het invulblad hoeveel bewoners er in totaal in jullie woonproject wonen.

2. Denk vervolgens na over welke ruimten essentieel zijn voor elk huishouden. Wat moet een bewoner elke dag kunnen doen in zijn/haar woning? Welke ruimten heb je daarvoor nodig?

3. Nu mogen jullie extra ruimten voor jullie woonproject kiezen. Dit zijn ruimten die niet essentieel zijn om te kunnen leven, maar een leuke extra kunnen zijn (bv. een speelzolder). Let op: deze extra ruimten kosten geld. Jullie krijgen in totaal een budget van 14 munten om extra ruimten mee te kopen. Je kan ervoor kiezen om de ruimtes voor jezelf te houden en dan betalen jullie het volledige bedrag (de zwarte bolletjes). Je kan er ook voor kiezen om de ruimtes te delen met sommige andere bewoners. Dan betalen jullie het middelste bedrag (donkergrijze bolletjes). Als jullie de ruimte delen met alle bewoners, dan moeten jullie het minst betalen (de licht grijze bolletjes). Schrijf alle ruimten die jullie gekozen hebben op in de tabel. In de kolom ‘prijs’ zet je een kruisje bij het juiste bedrag. Vervolgens beantwoord je de bijhorende vragen.

4. Knip de extra ruimten die jullie gekozen hebben uit en plak ze op de schaal van ‘niet delen’ naar ‘veel delen’. Ruimten die je niet deelt, plak je helemaal links (boven ‘niet delen’), ruimten die je met sommige bewoners deelt, plak je in het midden en ruimten die je met alle bewoners deelt, plak je helemaal rechts (boven ‘veel delen’).